Stalen pennen |
|
Reeds vanaf de Romeinse tijd werden er incidentieel pennen gemaakt van goud, zilver of koper, van hoorn, ivoor of been. Pas in 1830 slaagde James Perry in Birmingham er in stalen pennen te maken die de nodige soepelhied hadden om de Copperplate te schrijven. Hij mechaniseerde de produktie en gaf zijn pennen de vorm van een spits gesneden vogelveer, zoals die door de schrijfmeesters sinds de 17de eeuw werd gehanteerd. Door deze vormgeving van de stalen pen veroorzaakte Perry onnoemelijk veel kinderleed. De brede pen gaf zonder extra inspanningen van de schrijver het gewenste lijncontrast binnen de letters en hun versieringen. Dit lijncontrast kan je bij het schrijven met een spitse pen alleen bekomen door een wisselende druk uit te oefenen op de beide penpunten. Bekwame sc hrijfmeesters konden met een spitse pen kalligrafische wonderen verrichten, maar in handen van een beginneling is het een wreed martelinstrument. Bron: |